Pages

Tuesday, April 8, 2008

Ik heb haar nooit gekend

... en kan me niet herinneren dat ik haar hier ooit gezien heb maar ze was wel een beroemde journalist én eentje die ik heel graag las. Een beetje als Dwarskijker: je moet niet naar de onderwerpen op tv gekeken hebben om toch gefascineerd mee te lezen. En journalisten met een eigen stem, een eigen tone of voice, ze zijn zo vreselijk zeldzaam geworden. A dying breed. Vanmorgen is ze begraven, ik heb de rede van Mortier even van het intranet geplukt. Met dank aan Ingrid en aan Mortier.

08/04/2008 Ingrid De Bie
Ingrid De Bie, Humo-redactrice (64) , is vorige maandag aan kanker gestorven. Ze had er al een paar jaar eerder mee te maken gehad. Ze had toen als een leeuwin gevochten, en was er weer bovenop geraakt. Ze was nog niet lang met pensioen toen de kanker opnieuw, deze keer fataal , toesloeg.

In '79 had ik Ingrid 'cadeau gekregen' toen ons zusterblad Mimo, waar ze al acht jaar werkte, werd opgeheven. Als ik aanvankelijk al een beetje sceptisch stond, omdat ik liever zèlf mijn redacteurs koos, dan was dat gevoel na twee weken helemaal verdwenen; ze wàs namelijk een cadeau.

Op Ingrid kon je bouwen. Ze was door en door betrouwbaar, door en door eerlijk, en stond altijd paraat. Ze was ook nooit te beroerd om het zogenaamd 'ondankbare' anonieme werk uit te voeren dat ook gedaan moest worden. De omschrijving 'de stille kracht' is voor hààr bedacht.Ze werkte voor Humo, niet voor zichzelf. Ze was niet uit op glorie.

Om een idee te geven: bijna 25 jaar lang heb ik week na week haar naam onder haar stukken moeten zetten, want zelf deed ze dat niet. Nooit. Zelfs niet haar initialen.

Ingrid schreef zonder franjes, heel direct, heel natuurlijk. Ze kon luisteren en ze was geïnteresseerd. Daarom was ze zo'n goeie interviewster. Wat wij wel eens de 'moeilijke' mensen vonden omdat ze zich tijdens interviews niet zomaar gaven - en waarom zouden ze- en niemand door hun pantser lieten, die brak zij moeiteloos open, omdat ze al interviewend zo ongekunsteld en geïnteresseerd was als ze echt was.

Op den duur had ze een ware fanclub van mensen die ze ooit een goed interview cadeau had gedaan , want een cadeau was het: vraag maar aan Rocco Granata, Jo Leemans en zovele anderen die nooit eerder zo tot hun recht waren gekomen en dat nooit vergeten zijn. Onderandere Mark Uytterhoeven heeft me vaak gezegd dat hij, alleen als hij hààr interviews met hem las, het gevoel had dat hij zichzelf hoorde praten.

Ze kon ook zeer goed - als dat het juiste woord is - 'gewone' mensen interviewen, mensen met een verhaal. Zelf was ze verslingerd aan 'Expeditie Robinson',waarvan ze jarenlang de zgn 'afvallers' interviewde en moeiteloos bij hun diepste kern terechtkwam. Zelf keek ik niet naar het programma, ik las de stukken van Ingrid.

Maar haar grote liefde was snooker.

Van toen we in Vlaanderen de BBC op volle sterkte doorkregen en de groene tafel op ons scherm verscheen, was ze verkocht. Ze was de ideale speerpunt voor Humo om, in het kader van wat tenslotte het internationale kwalificatietornooi de Humo Masters zou worden , de reuzen van het snooker voor ons te interviewen, en dat deed ze met verve. Steve Davis heeft ze wel vier keer gedaan, en John Parrott, en Ronnie O'Sullivan en noem ze maar op. Ik hoor hen nog opkijken van de snookertafel of van de bar, als ze passeerde, en roepen: 'Hey , Ingrid! Ingrid!

Ze waren dol op haar.

Ingrid maakte al zeer vroeg stukken over aids, over de maatschappelijke uitstoting die er ook een gevolg van was, over buddy's. Over incest. Over vluchthuizen.

Nooit op een dweperige manier. Rustig en overtuigend.

Ze was sociaal bevlogen zonder met de vlag voorop te lopen. Maar ze ging voor niemand opzij. De staking op Humo heeft zij mee geleid, omdat ze vond dat de directie haar boekje te buiten was gegaan. Dat ze daar tegelijkertijd heel hard mee op mijn hart trapte, nam ze erbij. Ik wist ook dat ze gelijk had.

Het moeilijkste moment voor haar- in vaktermen gesproken- was de mediastorm die opstak rond haar Humo-interview met de daders van de viervoudige 'zelfmoord' in Kasterlee. Hel en verdoemenis werden over Humo en hààr afgeroepen, terwijl ze, door meteen de bevoegde instanties te alarmeren, juist alles had gedaan om het drama te verkomen èn dus het - zéér sober en integer neergeschreven- verhaal nooit te hoeven publiceren. Ze was diep gekwetst en gegriefd.

Later zou de raad voor deontologie van de Journalistenbond haar - natuurlijk- van alle aantijgingen vrijpleiten, maar toen heeft ze heel veel afgezien.

Omdat ze op de redactie ieders respect had, vroeg ik haar altijd, als ik met vakantie ging, mij te vervangen, wat ze zuchtend want met veel tegenzin deed en telkens vragend of het asjeblief de laatste keer zou zijn-- goed wetende dat het vooral slopend en ondankbaar werk was en dat er toch nauwelijks een complimentje afkon.Maar ze deed het wel. En goed. Maar ik had het iets vaker mogen zeggen.

Neem me niet kwalijk dat ik de gelegenheid aangrijp.

Ingrid, bedankt.

Guy Mortier

1 comment:

Anonymous said...

moet controleren:)